“Zij betrad de armelijke schuilplaats van zijn afgeleefde muze, waar het rook naar beschimmelde boeken. Op de gepleisterde muren waren vochtige plekken. De gebroken ruiten van de bevroren vensters waren vervangen door lappen. Op een scheve, met inkt bemorste schrijftafel lagen ganzenpennen en flarden papier, waarop wellicht de eerste ontwerpen voor gedichten stonden.”
Een mooi boek, die historische roman van Dmitri Merezjkovski over Leonardo da Vinci. Zoals wel meer romans van dichters is het voornamelijk een opeenvolging van glasheldere tableaux vivants, geschraagd door een diep filosofisch idee. En berustend op uitmuntende historische studie en inlevingsvermogen. Merezjkovsi’s beschrijving van de Milanese hofdichter Bernardo Bellincioni vond vandaag weerklank bij me.
Niet te geloven dat deze roman uit het jaar 1900 stamt. En het tweede deel is van een trilogie. Was ik uitgever, ik zou niet aarzelen.