Landlopers

landlopers-toon-horsten-9789045019321-voorkant_jpg_180x0_q85_crop_upscale

Vanavond wordt het boek Landlopers van Toon Horsten aan het publiek voorgesteld op de meest toepasselijke plaats: de voormalige boerderij van Wortel-Kolonie. Landlopers belicht tweehonderd jaar sociale geschiedenis in België en maakt ook vele herinneringen los, vermits ik opgroeide in Wortel-Kolonie, een groene long, en Merksplas-Kolonie, een “utopisch dorp” volgens een architect die de site heeft bestudeerd. De Kolonies waren lang een wat obscuur onderwerp, letterlijk gesitueerd aan de rand van het land, waarover men informatie bij elkaar moest sprokkelen in negentiende-eeuwse rapporten en licentiaatsthesissen. Dankzij dit meeslepende boek is dat niet langer nodig. Al lezend verneem ik veel boeiende, soms verbijsterende zaken en trekt ook een stoet personages uit Almanak weer voorbij.

90df2ed0-f6d6-4749-9989-4a1e1751c8f6

Nieuw jasje

Voor de komende Erfgoeddag stak briljant beeldredacteur Jan Grieten mijn grootvaders boekje over Martial Van Schelle in een nieuw jasje. Hier ligt het nu: nagekeken, opgefrist, in een snedig nieuw formaat. Op zondag 22 april vertel ik passanten bij Van Schelles geboortehuis over leven en avonturen van deze sport- en verzetsheld. Info: Markt 1 te Merksplas of in De Klapekster, Wortel-Kolonie 41.

Dierbaar

“De jonge Van Schelle groeide in die welige natuur op tot een frisse knaap, die zoals we later zullen ervaren, graag haantje vooruit was.
Vader Van Schelle was een goedig maar zwaarlijvig man die tamelijk moeilijk uit de voeten kon, en alhoewel begaan met de opvoeding van zijn telg, het niet kon bolwerken. Zijn moeder, die heel veel afwezig was, kon zich nog minder met de opvoeding van de knaap inlaten.

Vanzelfsprekend dat de opgroeiende Martial, én van de ene én van de andere toestand, profiteerde en deed wat hij graag deed en de rest liet voor wat het was. Maar wat hij deed was kattekwaad.”

Zo erft men dan een held, via grootvader en vader.

Die verroeste nietjes ontroeren me. Maar het is tijd voor een met foto’s geïllustreerde editie, en een nieuwe lay-out, tegen de Erfgoeddag.

Wortel-Kolonie: herinnering van mijn grootvader

Het Dépôt de mendicité van Wortel-Kolonie

Mijn grootvader, Armand Huet, werd in 1906 geboren op het domein van Wortel-Kolonie. In 1978 noteerde hij voor vrienden en collega’s enkele herinneringen aan zijn jeugd.

“We hebben Wortel gekend met zijn overgrote bevolking die op een bepaald moment ver de duizend overtrof; Wortel met zijn Franse vluchtelingen tijdens de Eerste Wereldoorlog; Wortel met zijn duizend Russische krijgsgevangen in 1919 en van wien we als bengels Russisch leerden spreken en het beter kenden dan onze catechismus; Wortel met zijn grote opstand die gewapenderhand moest bedwongen worden; Wortel met zijn overbevolkte zalen en waar ’s winters de kolonisten in hun klomp pisten om hun plaats bij de kachel niet te verliezen; Wortel met zijn vieze spuwbakjes; Wortel met zijn erwtensoep, 365 dagen per jaar en waarvan de geur tot in de bladen van uw kerkboek stak; Wortel met zijn sjofel geklede mannen, op hun blokken, met hun stinkende besace waarin ze al wat ze bezaten de ganse dag meesleurden; Wortel met zijn vagebonden…. -Het leken echte vagebonden, echte clochards! – die hun soeplepel, het enige eetgerief dat ze bezaten, meedroegen waar ze gingen in een knoopsgat van hun povere vest; Wortel met zijn bronzen munt, een ideaal middel om te sjacheren; Wortel met zijn honderden doden, verlaten en vergeten doden die elke dag bijgezet werden op het eenzame kerkhof tussen de mastbossen, dat telkens na een bepaald aantal jaren overgraven moest worden om de steeds volgende nieuwe doden kwijt te geraken. En dan kregen we de doden van Hoogstraten er nog bij te begraven; het was de tijd dat we, als misdienaars, bijna elke dag te laat in de school konden komen omdat we de heer aalmoezenier moesten vergezellen naar het kerkhof met kwispel en wierook… Onvoldoende kleren, te weinig voedsel, ontoereikende geneesmiddelen; vooral de Spaanse griep in 1917 heeft onvoorstelbare ravages gehouden onder die ondervoede mannen.”

(Foto via Erfgoedbank Hoogstraten)