
Ik hoorde honden bassen. Ja, wanneer ik in de Kempen rondwandel, hoor ik bassen, elders hoor ik blaffen. Ik dacht even na over dit oude woord, dat, zoals ‘muzzen’, ‘stoefen’ en ‘stoeberen’ (maar ook ‘reclameren’ en ‘rouspeteren’), hoort bij mijn kinderjaren. Waar komt dat vandaan, ‘bassen’?
De afgelopen week was ik plotseling het verzameld werk van Vondel kwijt. Zoiets kan gebeuren. Een boekdeel met waterschade. Niet meer op de vaste plaats in de kast. Overgebracht naar het ouderlijk huis? Nadat ik de honden heb horen bassen, vind ik het boek inderdaad terug, en ik besluit eens na te lezen wat Vondel daarvan maakte, van Ovidius’ ontroerende verhaal over Orpheus en Eurydice. Want Vondel, zo vernam ik onlangs met voorpret, heeft de Metamorfosen vertaald tot de Herscheppinge. En die vertaling lezen, dat wordt wellicht herbronnen in moedertaal, pootjebaden in virtuositeit.
Ik koom niet neergedaald in dees duisternis / Het onderaardse rijk bespieden, en verrassen, / En uwe hellewacht den hond verbiên te bassen, / Met zijn drie hoofden, ruig van slangen, uit Meduis / Gesproten …
Vondel zou mijn Kempens dialect begrijpen, dat is toch wel een heerlijke gedachte.
Zijn mooist vertaalde regel? ‘Ontweef d’ ontijdigheid des doods van Euridies’ – trouw aan het origineel en prachtig pittig Nederlands.
Bij ons in Boechout basten de honden indertijd ook
Ha! Goed om te weten. Nu was het alweer even geleden dat ik het woord nog had gehoord.
“Ontweef d’ ontijdigheid des doods van Euridies’” – heel mooi, ja
En dat zit nu in mijn hoofd – Ontweef d’ ontijdigheid…
Ook in St.Gen.Rode en in Brussel bassen de honden en ook de mensen als ze zwaar verkouden zijn.
Het is dus gewoon Brabants. Mooi woord ook.
http://books.google.be/books/about/Herscheppinge.html?id=yL0pAAAAYAAJ&redir_esc=y