“De passie voor geschiedenis beheerste heel mijn leven. Ik heb vaak briefwisselingen opgezet over feiten die niemand interesseren; zo schep ik er genoegen in om te weten wat de naam is van een veld dat ik aan de rand van de weg zag, wie de eigenaar was van dat veld, hoe het bij de huidige eigenaar is terechtgekomen. Ik hecht er zelfs aan om te ontdekken wat er gebeurd is met jongere kinderen uit deze of gene tak van een stamboom. Toen ik het over mijn familie moest hebben, heb ik me gestort op mijn favoriete opzoekingen, zonder ander doel dan mijn plezier als kroniekschrijver. Ik sta overigens onverschillig tegenover gelijk welk ander belang dat men aan een naam kan hechten: ik stierf haast van genot toen ik ontdekte dat ik van verre verwant was met een oude parochiepriester genaamd Courte-Blanchardière de la Boucatelière-Foiret, die in een klokkentoren woonde.
Over mijn familie had ik dus verzameld wat ik erover kon vinden; maar mijn tekst werd te lang; de verveling die ik graag ervaar in de diepte van de geschiedenis is niet naar iedereens smaak; toch is het die opeenvolging van dorre en vruchtbare gronden die een land maakt.”
Was er ooit een betere schrijver dan Chateaubriand? Ik begin het ernstig te betwijfelen. Omdat het zo mooi is in het Frans, hier mijn favoriete zinnetje nogmaals. L’ennui que j’aime à trouver au fond de l’histoire n’est pas du goût de chacun.
Wat een geweldige zinsnede: de verveling die ik graag ervaar.
En voor dat soort zinsneden is het werk van C. een goud- en diamantmijn, beste Stijn.