Misschien loop ik als stadsbewoner wat achter. Dit zijn de eerste die ik zag dit jaar. En de bosduiven koeren al.
Intussen wordt er gepraat over oorlog en afgewende oorlog. Mijn moeder herinnert zich hoe ze als kind naar de schuilkelder vluchtte. “Als het nu zou gebeuren, blijf ik gewoon in mijn zetel zitten,” zegt mijn vader. “Wij hebben het onze al gehad, voor de jonge mensen vind ik het erg.”
… en het is bijna krokusvakantie. 🙂
De krokussen zijn ook heel welkom!
Ik mis Cambridge waar, achter Trinity College, hele ‘hosts’ met krokussen in verscheidene kleuren ontluiken rond deze tijd van het jaar. Ik ging daar graag wandelen om van de natuur te genieten.
Mijn moeder vertelde dat ze 14 jaar oud, naast haar vader stond, op zolder bij het dakvenster, en ze hoorden de eerste vliegtuigen overvliegen en mijn lieve grootvader zei “het is oorlog” – mijn moeder vroeg “papa, wat is oorlog?”
nu, 70 jaar later heeft elk kind -dankzij de dagelijkse beelden van TV, een haarfijn gruwelijk beeld van wat oorlog is – vooruitgang noemen ze dat?
Zo herinner ik me hoe ik aan mijn grootvader vroeg: “Wat is een concentratiekamp?”
@Nic Peeters: en weldra bosanemonen en daffodils.
bosanemonen, daffodils, concentratiekampen en oorlog…het leven zoals het is
Zolang we een keuze hebben!
Idd, zo lang we een keuze hebben. Ik merk dat je in Engeland nog echt uitgestrekte velden of rivieroevers met daffodils hebt. Het zijn mijn favoriete bloemen; waarschijnlijk met dank aan Wordsworth. 🙂 Hier heb je die niet meer. Vanuit de trein zie ik soms nog wel een paar eenzame daffodils of poppies, maar daar blijft het bij in dit land dat één grote droeve stad geworden is.
@Nic Peeters: er zijn nog kleine oases, splinters vrijheid.
Mooi gezegd Leen!
Dank je Nic.