Kanttekening

Investituurstrijd: keizer hendrik IV vraagt abt Hugo van Cluny en gravin Mathilde van Toscane om voor hem te bemiddelen bij de paus. Cod. vat. lat-4922 1115ad
Investituurstrijd: keizer Hendrik IV  (onderaan) vraagt abt Hugo van Cluny en gravin Mathilde van Toscane om voor hem te bemiddelen bij de paus. Cod. vat. lat-4922, Donizone di Canossa, Vita Mathildis, fol. 49r, 1115.

Geschiedenis behoort niet echt tot het vakgebied van filosofen, daarom veroorloof ik me een kanttekening bij de column van Tinneke Beeckman vandaag in De Standaard. “Volgens Gauchet beleven we in het Westen al sinds de Renaissance een sortie de la religion […] Zelfs de katholieke kerk heeft de scheiding tussen kerk en staat aanvaard.” Dat laatste zinnetje klinkt aannemelijk, maar is het niet. De katholieke kerk heeft de scheiding tussen kerk en staat namelijk uitgevonden. Zegt de investituurstrijd u nog iets? Voor een boeiende inleiding op de materie zou ik u willen verwijzen naar Tom Hollands boek Millennium. Misschien is het u ook al opgevallen dat in protestantse landen de scheiding tussen kerk en staat veel minder ver doorgevoerd is. Kijken we maar naar het Verenigd Koninkrijk, waar de koningin tegelijkertijd het hoofd van de staatskerk is. Of de Verenigde Staten van Amerika, waar presidenten in het openbaar om de haverklap over God spreken. De neiging om de katholieke kerk als de achterlijkste vorm van christendom te beschouwen, hangt samen met de wetenschappelijk onhoudbare secularisatiethese, mede geformuleerd door de socioloog Max Weber. Eenvoudig gezegd komt de these hierop neer: naarmate mensen slimmer werden, werden ze protestanten, vervolgens filosofen van de verlichting en ten slotte hedendaagse westerlingen. Weber verspreidde ook het naïeve idee dat het kapitalisme een uitvinding zou zijn van hard werkende protestanten en calvinisten. De grote Italiaanse banken van middeleeuwen liet hij gemakshalve buiten beschouwing. Historische clichés, wik en weeg ze!

8 gedachtes over “Kanttekening

  1. De rol van het Westerse christendom in het ontstaan van de scheiding tussen Kerk en Staat wordt ook beschreven in recente ‘Inventing the Individual. The Origins of Western Liberalism’ van Larry Siedentop. Een aanrader.

  2. Dit stukje legt het toch wat anders uit: “Dit “Heilig Roomse Rijk” had een essentieel religieuze functie. De latere confrontatie tussen paus en keizer (de zogenaamde Investituurstrijd, 1057-1122) mag daarom geenszins begrepen worden als een conflict tussen “kerk” en “staat”, als twee afzonderlijke en zelfstandige instituties. Het ging om een conflict binnen de éne societas christiana, of “kerkstaat”, namelijk rond de vraag wélk van beide “zwaarden” – het geestelijke of het wereldlijke – namens God het ópperste gezag uitoefende op aarde. De keizers waren in die confrontatie fundamenteel gehandicapt, al was het maar omdat het onderwijssysteem dat de nodige intellectuele kaders produceerde, quasi volledig in handen kwam van de Kerk, cf. ook de universiteiten. Het was bijgevolg in eerste instantie de middeleeuwse Kerk die qua uitgebouwde machtsstructuur (ook juridisch en financieel) én universaliteit nog het dichtst het antieke ideaal zou benaderen van het Romeinse imperium. De grote juristen-pausen van de 13de eeuw (Innocentius III, Innocentius IV en Bonifacius VIII) zouden als het ware het hoogtepunt vormen van de pauselijke theocratie. De slagzin die de pauselijke, “imperiale” aanspraken a.h.w. samenvatte, was die van de plenitudo potestatis, letterlijk: de “volheid van de macht”.
    http://www.cie.ugent.be/RUG/deley33.htm

    1. Tja, er was maar één societas in Europa – in recht veel meer dan in praktijk (er was weinig bestuursinfrastructuur). Indien de paus dus bevoegdheden afstond aan de keizer, wat sinds de elfde eeuw regelmatig via concordaten gebeurde, dan stond hij bevoegdheden af aan de wereldlijke overheid.

  3. bedankt voor dit bericht – bijzonder interessant!
    Weerlegt vakkundig een aantal hardnekkige idées reçues (die ik trouwens zelf ook voor waar hield – bijscholing dringt zich op)

    1. Wel, ik ben geen specialist maar ervoer wel het gewicht van de secularisatiethese toen we schreven aan onze biografie van Nicolaas Rockox – zijn leven viel ongeveer samen met de tachtigjarige oorlog, een burgeroorlog met godsdienstige thema’s. En precies die burgeroorlog gaf in de Angelsaksiche en Duitse geschiedschrijving, maar vooral sociologie, aanleiding tot de secularisatiethese (Max Weber). Nu lees ik voor Bruegel een biografie van Filips II (Parker, Imprudent King, ook vertaald in het Nederlands, Onmachtige koning) en een biografie van Luther (K. Schilling): beide auteurs wijzen de secularisatiethese af. In de geschiedschrijving is de these al langer ontmanteld, maar andere geesteswetenschappen lijken op dat vlak wat trager.

Geef een reactie op Leen Huet Reactie annuleren