
Wat lof verdienen niet sulckdanigh jonghe vrouwen
Die meer van wetenschap en Konst als traegheyt houwen,
Als daeghelijckx lanckx straet wat wandelen te gaen
Oft uren langh in huys voor ’t spieghel-glas te staen,
Als wel op jemants scheef gaen, letsel ofte rampen
te spouwen clapperny en daermed’ stets te schampen
C. de Bie, Het gulden cabinet van de edel vry schilder-const, 1661.
Leen,
jij blijft maar vergezochte fijne pareltjes opduiken, ter vermaak van ’t gemeen, deze was wel wat vrouwonvriendelijk maar wat had je gedacht. Ik zend je een hartelijke groet
Hugo Boelaerty
Dank je Hugo! De Bie wijdde wel een apart hoofdstukje aan kunstenaressen in zijn Gulden Cabinet. Ik was geïnspireerd door het interview met psychiater Ingrid Van de Velde vanmorgen bij Hautekiet, over ‘Nerveuze vrouwen’…
Een hartelijke groet en een aangenaam weekeinde,
Leen