
“Verloren maandag brengt herinneringen terug aan de rijke boterige worstenbroden van knisperend bladerdeeg en de volmaakte appelbollen, als besneeuwde yurten op het bord, die alles met de kindertijd te maken hebben. Vernam de kleine Rémy uit Alleen op de wereld ook niet dat hij verkocht was aan een potsenmaker op het ogenblik dat zijn pleegmoeder appelbollen stond te bakken? Kijk, dan kon je aan de kleine Rémy denken terwijl je moeder je deze lekkernij toeschoof. (Alleen op de wereld is een uit de mode geraakt kinderboek, maar het werd met liefde herdacht door een van de grootste dichteressen van de twintigste eeuw, Marina Tsvetajeva; haar leven lang onthield ze de namen van de lieflijke, slimme honden in dat avontuur, samen uit te spreken als een toverformule: Capi, Dolce, Zerbino.)”
Traditie betekent wellicht ook dat mijn moeder me op verloren maandag nog steeds appelbollen bezorgt, zelfs al woon ik nu in een provincie waar men dit gebruik amper kent. Ze zullen smaken straks.
L. Huet, Verloren maandag, in Mijn België, derde druk, 2009, p. 299. Voor meer informatie over verloren maandag: klik op de tag hieronder.
een fijn boek ‘mijn België’, ik las het eerst als een soort feuilleton op de achterzijde van een krant De Morgen of De Standaard
Dat klopt, stukken eruit verschenen een tijdlang in De Standaard. Prettig dat ze in de smaak vielen!
Maar eerst het worstenbrood Leen, eerst het worstenbrood anders ben je strafbaar !
Oeps, dat vond ik hier in Leuven niet, heb het dus inderdaad overgeslagen – wél tussen kerst en nieuw worstenbrood gegeten in de Kempen, misschien kan dat gelden als verzachtende omstandigheid.
Toch al weer twaalf wonend in België, kwam ik pas afgelopen jaar achter de betekenis, maar vooral het gebruik van ‘Verloren maandag’. Nu weet ik dat het blijkbaar meer om een Antwerps gebruik gaat, jammer! Wat de worstenbroodjes aangaat; bij ons (Nederlands Zuid-Limburg) was het eten van worstenbroodjes ook een traditie, met kerstmis, als je thuiskwam uit de nachtmis.
Overigens begrijp ik uit de ‘tags’ dat ik u moet feliciteren: uw blog viert feest! Daar hef ik dan het glas op en ook veel dank voor het weer in herinnering brengen van Alleen op de wereld’.
Wat fijn dat u dat merkt! En ik zat net ook even weg te dromen bij de gedachte aan Alleen op de wereld: Vitalis, Joli-Coeur, en die vreselijke hoofdstukken in de mijn.
Die mijn! Wat erg was dat toch … dank voor uw mooie blog! Verloren maandag, wat mooi en wat geweldig dat uw moeder nog steeds appelbollen komt brengen!
Ja, die mijn, en de wolf, en toen Joli-Coeur ziek werd, en Vitalis stierf! (In deze tijden van Pavarotti is het moeilijk te geloven dat een gevierde operazanger zo tot armoede zou kunnen vervallen). En ja, ik ben verwend met die moeder en die appelbollen.
Leen! Die blauwe pot met Wedgwood-motief! Er staat bij mij net dezelfde in de kast. Die van mij is evenwel niet in steen, maar in blik. (Ik heb, het houdt niet op, hier ook ergens zo’n presenteerschaal in saxe. Die zie je evenwel wel vaker. Maar die blauwe pot! Bien étonnés de se trouver ensemble.)
O, de pot – het is wel degelijk een voorraadblik – vond ik zoals de rest van mijn inboedel bij de onvolprezen brocanteur. Ooit ving ik een glimp van datzelfde blik op in Weekend Knack, en nu heb ik dus weet van een derde. Six degrees of separation or what :-)?